3. Stappenplan

Kies welke voornaam je wilt onderzoeken: je eigen voornaam of eventueel tweede of derde gekregen voornaam, een voornaam van je ouders of van één van je grootouders.

Je kan voorbereidend onderzoek doen, zodat je zeker voldoende informatie vindt.

Lees op het evaluatieformulier na wat je precies moet doen, zodat je achteraf niet voor verrassingen komt te staan.

Start je bronnenonderzoek:

• Lees de achtergrondliteratuur op de website en in Traject 6.
• Raadpleeg de online bronnen.
• Ga op zoek in de bibliotheek.
• 'Interview' familieleden, indien nodig.

Zorg dat je alle bronnen goed bewaart, want je hebt ze nodig om een literatuurlijst te maken. 

Giet alle gevonden info in een visuele weergave, bijvoorbeeld:

• Infographic/poster: je zet de belangrijkste info op een infographic of je maakt er een poster van. Canva is hiervoor een handige tool.

Een voorbeeld van een infographic (deze is uitgebreider dan nodig).

• Wapenschild: dit mag op papier, maar je mag het ook 3D knutselen met allerlei leuke materialen.

Een voorbeeld van een wapenschild

Wapenboek Vlaanderen

Betekenis van figuren en kleuren

Algemene info wapenschilden

Wikipedia

• Filmpje (90 seconden)

• Stripverhaal

• Pecha Kucha

Algemene info Pecha Kucha

Tips om een Pecha Kucha te maken

Filmpje

• Prezi

• App/interactief platform/website

• Collage

• ...

Schrijf maximum 3 alinea's over je voornaam. Daarin geef je antwoord op volgende vragen: wat vind je van je eigen voornaam? Kreeg je al eens reacties op je naam? Vind je hem mooi/lelijk...? Waarom kreeg je deze voornaam? Je bouwt de tekst op een goede manier op: inleiding, midden en slot.

• Inleiding: Zorg voor een leuke, intrigerende start.
• Midden: verwerk de basisinfo.
• Slot: vat samen en zorg voor een gevat slot.

Ook volgende info kan je verwerken in de tekst:

• Waar komt de voornaam vandaan?
• Wat betekent de voornaam?
• Wat is de herkomst van de voornaam?
• Hoe vaak komt de voornaam voor?
• Andere familiale bijzonderheden.

Let op voor: zinsbouw, spelling en woordenschat.

Stel de literatuurlijst samen. Daarvoor maak je gebruik van de regels die op Classroom staan.

Denk bij het samenstellen van je literatuurlijst aan: online bronnen, boeken uit de bibliotheek, afbeeldingen en persoonlijke communicatie (zoals interview, gesprek).

Zet de literatuurlijst onder je geschreven tekst.

Lever alle onderdelen in via Classroom. Als je iets geprint of gemaakt hebt, mag je dat ook op papier/analoog afgeven.

Check je Planner voor de deadlines.